Ben Verleg is de auteur van het boek Gevleugeld leiderschap, hierin vergelijkt hij ons menselijk gedrag me de vogelwereld en beschrijft hij wat we van onze gevleugelde vrienden kunnen leren.
Wat staat er in uw boekenkast?
Naast veel studiemateriaal voor mijn promotieonderzoek staan er rijen van mijn favoriete schrijvers zoals A.F.Th. van der Heijden. Van onze levende schrijvers staat hij voor mij op nummer 1, vooral vanwege zijn virtuoze taalgebruik. En natuurlijk ook omdat we uit hetzelfde dorp (Geldrop) komen en via Nijmegen in Amsterdam terecht zijn gekomen. Het boek ‘De gevarendriehoek’ is wat mij betreft een sleutelroman voor een hele generatie.
Van de set management literatuur ben ik onder de indruk van de theorievorming van Karl Weick en het recente proefschrift van Hans Vermaak, ‘Plezier beleven aan taaie vraagstukken’.
Hoe kwam u op het idee een link te leggen tussen de vogelwereld en leiderschap?
Het was op een wandeltocht met Eric Menkveld van Natuurmonumenten op het wad bij Texel. Hij vertelde heel kleurrijk over het gedrag van de lepelaars die op verschillende manieren naar Afrika trekken en onderling taken verdelen zodat iedereen er toe doet. Ik zag in dat gedrag een illustratie van ‘horizontaal leiderschap’. Ze vliegen ook zo prachtig in de horizontaliteit. Later ben ik de vraag gaan stellen of dat bij andere vogelsoorten ook te herkennen is. En dat blijkt dus zo te zijn als je naar de unieke kenmerken kijkt. Dat levert treffende beelden op waarmee je meteen een taal hebt om het daarover te hebben.
Wat voor vogel bent u zelf?
Ik ben volgens de zelftest een mix van de lepelaar en de adelaar. Ik geloof erg dat mensen vooral tot hun recht komen als de eigen overtuiging goed aansluit bij wat de organisatie vraagt. Maar soms kan ik ook hard en scherp ingrijpen als een adelaar. De illustratie op de omslag is de verbeelding daarvan.
Wat zijn volgens u de trends in organisatieontwikkeling voor 2011?
Naar mijn gevoel zijn we in een soort overgangsfase die we nog niet goed kunnen duiden. De context is in korte tijd wezenlijk veranderd. We zien dat veel mensen minder betrokken zijn op een organisatie maar veel meer zich verbinden met een bepaalde klus en zich willen inzetten voor iets dat hen echt interesseert. Als die trend doorzet betekent het dat het begrip organisatie verandert. Mensen komen veel meer centraal te staan in plaats van de organisatie. De traditionele organisatie wordt kleiner en minder belangrijk. De beweeglijkheid neemt toe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten